Bai Gong

Traditionele Chinese Geneeskunde

De traditionele chinese geneeskunde is een eeuwenoude geneesmethode die gebaseerd is op het inzicht dat lichamelijke en psychische klachten voortkomen uit verstoringen in de energiehuishouding van het lichaam. De Traditionele Chinese Geneeskunde heeft daarbij een duidelijke holistisch uitgangspunt: lichaam en geest worden als een eenheid gezien.

In het traditionele Chinese denken bestaat het universum uit een kringloop van de levensenergie Qi. Qi bestaat uit twee tegengestelde krachten: yin en yang. Hoewel yin en yang tegengesteld zijn, kunnen ze niet zonder elkaar. Ze hebben elkaar nodig om te bestaan.

Voor een gezond functioneren van de mens is het belangrijk dat yin en yang harmonieus met elkaar samenwerken. Immers, ook wij mensen bestaan uit yin- en yangenergie. Onze gevoelens, onze gedachten en onze lichamelijke conditie zijn allemaal het resultaat van de wisselwerking tussen deze twee krachten. Het evenwicht tussen yin en yang kan verstoord worden door allerlei factoren, bijvoorbeeld door veranderingen in de omgeving of door grote emotionele druk. Ook het voedingspatroon en de levensstijl kunnen het evenwicht verstoren. Als yin en yang langdurig uit balans zijn, kan een ziekte ontstaan.

De traditionele chinese geneeskunde bedient zich van een groot aantal behandelingsmogelijkheden om die balans van yin en yang te herstellen. De meest bekende, zeker hier in het Westen, is de behandeling d.m.v. naalden, namelijk acupunctuur. Daarnaast, zeker in China zelf, staat de chinese kruidengeneeskunde hoog aangeschreven. Ook tui na (chinese massagevormen) en voedingsadviezen behoren tot de behandelingsmogelijkheden. Verder kunnen moxatechnieken, cupping, gua sha, ooracupunctuur en elektro acupunctuur toegepast worden. En ook d.m.v oefenen in de vorm van Tai Qi of Qi Gong kan men bijdragen aan de behandeling.

Om echter te kunnen bepalen welke behandeling of combinaties van behandelingen er plaats gaat vinden moet er eerst een chinese (energetische) diagnose gesteld worden. Dat gebeurt tijdens het eerste consult, na een uitgebreid anamnese gesprek, het bekijken van de tong en het voelen van de pols.